&w=3840&q=75)
alles over
Stroming in de Zee
In de zee zien we verschillende soorten stroming. Getij stroming, stroming door muien, zwin, en stroming door wind. Op deze pagina behandelen we deze type stromingen en geven we informatie over hoe je veilig omgaat met stromingen.
Getij stroming
Getij ontstaat door de aantrekkingskracht van de maan op het water op aarde. Zo heb je dus ook in de Noordzee te maken met de verschillende getijden, eb (laagtij), vloed (hoogtij) en er tussenin (mid tij). Per surfspot verschilt het wat het beste surf moment is qua getij (vaak ook nog in combinatie met windrichting/kracht en hoogte van de deining/golven). Dit getij moment brengt een bepaalde stroming in het water met zich mee. Naar hoogwater is de stroming langs de kust van zuid naar noord. Naar laagwater is de stroming langs de kust van noord naar zuid.
De ene keer stroomt het harder dan de andere keer en dit heeft te maken met de stand van de maan. De sterkste stroming is 2 dagen na volle en nieuwe maan, dit wordt ook wel springtij genoemd. Het minst sterk stroomt het 2 dagen na de halve maan, dit heet doodtij.
Check dus daarom altijd wat het getij gaat doen voor je surfsessie zodat je weet wat de stroming gaat doen en je niet verrast wordt. Dit kan onder andere op sites zoals Surfline en Windguru.
Muien
Een mui is een stroming die krachtig richting zee stroomt (rip current). Ontstaat door diepere geulen tussen zandbanken doordat het water wat naar de kust gaat weer een weg terug de zee op zoekt. Stroming is hier sterk en vrijwel onmogelijk om tegenin te zwemmen, wat het extra gevaarlijk maakt voor beginnende surfers en zwakke zwemmers. Uiteindelijk neemt de stroming verder op zee af.
Je kan een mui oa herkennen doordat hier geen golven omslaan. Wanneer je in een mui komt raak dan niet in paniek en probeer niet tegen de stroming terug te peddelen maar laat je een stuk meevoeren en ga parallel aan de kust naar links of rechts zodat je uit de stroming komt. Wanneer je uit de stroming bent kan je terug naar de kust peddelen. Je komt dan ook weer op een plek waar golven omslaan.
Gevorderde surfers kunnen een mui ook in hun voordeel gebruiken, om sneller bij de line-up te komen. Doe dit alleen wanneer je precies weet wat je doet, en goed weet op welk moment je uit de stroming moet peddelen.
Zwin
Water tussen strand en zandbanken. Hier stroomt het parallel aan de kust, en net zoals bij een mui een dieper deel van de kust. Hou er rekening mee dat je hier mogelijk niet kan staan.
Stroming door wind
Zeewind (wind vanuit westen, aanlandige wind) creëert een onderstroom de zee op, bovenstroom zal naar de kust zijn. Landwind (wind uit oosten, aflandige wind) creëert een bovenstroming richting zee. Een stormachtige wind heeft meer invloed op de stroming dan de getijstroming.
Check voor je surfsessie altijd wat de windrichting is en de windkracht. Windy is hiervoor een goede bron.Stroming veroorzaakt vanuit wind kan erg krachtig zijn. Wind uit N NW NO zal stroming naar zuid veroorzaken en wind uit ZW zal stroming naar noord veroorzaken parallel aan de kust. Let hierbij goed op wat de richting van de getijstroming is. Gaat dit namelijk dezelfde richting op, dan is de stroming nog sterker en dit heet een zoper.
